de langste dag
kust de jongste stad
een hele goede nacht
lichtjes sprankelen
langs de kade
we flaneren in
restjes zonnestralen
en de horizon
beneemt ons de adem
juni 2023
gedichten over Lelystad en Flevoland
de langste dag
kust de jongste stad
een hele goede nacht
lichtjes sprankelen
langs de kade
we flaneren in
restjes zonnestralen
en de horizon
beneemt ons de adem
juni 2023
drie dromers staan
op het laatste restje dag
bij die knik van de dijk
waar de zon haar
laatste salvo op afvuurt
hij wijst naar de leegte
voorbij strekdam en boot
ver voorbij de ijzeren wachter
en zij mijmeren mee
knikkebollende glimlachen
ik hoor niet wat ze
dromen maar ik zie
hun hersenspinsels
kringelen als melk
in zwarte koffie
zich vermengend
met de lucht
tot de zon de
horizon heeft gekust
juni 2023
glanzend dooraderd
van versteende levenslijnen
die veel ouder zijn dan
de klei waar je op rust
schelpen die doorklieft
als spoken terugstaren
naar de blauwe lucht
waar ooit het verbannen water was
meticuleus weggezogen en toen
op de millimeter gepland
met een nieuw burgerpaleis
als kroonjuweel van de overwinning
waarvan we stiekem allen weten
dat het slechts een wapenstilstand is
januari 2023
boven het gebutste hart
van de stille jonge stad
staat de lucht poëtisch
in de fik
roze vlammen verlichten
zachtjes de rook rond
verveelde gezichten
die zich ophouden
tussen zwarte gaten
wijds en werkloos gapend
naar de straten
hun zwaartekracht
lang afgezwakt
het vuur van de hemel
straalt haast als belofte
in de ruiten spiegelt
hel-oranje hoop
mei 2023
langs de basalten kantlijn
peinst een reus al poepend over later
schilt Jan Wolkers zijn steen
en storten visdieven zich te water
jaagt half Nederland op koopjes
ligt Michelle tussen potscherven
doen we biertjes op de blokbankjes
bij de Batavia die ligt te bederven
zingt het riet een duet met de wind
neemt de zon afscheid met elan
zit je aan de rand van het begin
met het gevoel dat alles nog kan
maart 2023
zand na het zilte opgezogen
op nieuw land moet men wonen
sluis en dijk uit slijk gewonnen
geborgen is de beloofde stad
nu rest er een groot groen gat
witte pluizen besuikeren
stille oevers langs de plas
de warme meizon doet wolken
zachtroze gloeien die dansen
met het water, spiegelglad
langs de randen waden
waar de paden zijn geweest
bekeken door welgedane wilgen
een luid verstopte koekkoek
schuilt tussen hun tenen
in de ranke zwarte els
overstemt de merel hoog
de hebberige fluister
die suist vanuit de stad
mei 2023
stervend rood
een roze gloed
oranje stroomt omhoog
in plukken vluchtig bloed
lijnen kruisen
en het riet zingt zacht
een tedere bries tilt je
naar de rest van de nacht
augustus 2022
tie-loe-ie, tie-loe-ie, poe-iep
een eenzaam roepen in
het bijna einde van de dag
uit een bijna hoekje van het strand
op twee oranje pootjes
gloeiend in de paarsblauwe schemer
alleen staan we samen
met onze tenen in het meer
tie-loe-ie, tie-loe-ie, poe-iep
september 2022
gewijde grond der vaderen
aan haar haren
uit de zee gesleurd
brak en naakt en maagdelijk
volvet in de ochtendzon
gehuld in kleine gele bloemen
het is geen bruidsjurk
maar het is iets
lijnen in ons evenbeeld langs linialen
handgesneden met bloed en tranen
en wij breken wervels
in de onverbiddelijke blubber
scheppend tegen de wind in
die onze gebeden terugvoert
naar de zee
april 2023
glinsterend in de
kille zon van maart
een orkest van
aluminium naalden
instrumenteel in het
zuiderzeejazzconcert
aan het water
quasi-ritmisch
meppen touwen
tegen masten
gedirigeerd door
harde noordwesterwind
de marinamarimba
is alleen te horen
als er boven het IJsselmeer
een creatieve bui hangt
maart 2023