stervend rood
een roze gloed
oranje stroomt omhoog
in plukken vluchtig bloed
lijnen kruisen
en het riet zingt zacht
een tedere bries tilt je
naar de rest van de nacht
augustus 2022
stervend rood
een roze gloed
oranje stroomt omhoog
in plukken vluchtig bloed
lijnen kruisen
en het riet zingt zacht
een tedere bries tilt je
naar de rest van de nacht
augustus 2022
tie-loe-ie, tie-loe-ie, poe-iep
een eenzaam roepen in
het bijna einde van de dag
uit een bijna hoekje van het strand
op twee oranje pootjes
gloeiend in de paarsblauwe schemer
alleen staan we samen
met onze tenen in het meer
tie-loe-ie, tie-loe-ie, poe-iep
september 2022
langzaam
maar ook
elke dag
een glinstering
opmerken
die er tot dan toe
niet was
augustus 2022
het zakt
gaat neer
zwakt af
zachtheid
verkregen door
verlies
de scherpe kantjes
liefdevol afgebikt
zodat je je niet snijdt
aan scherven van rancune
november 2022
kom naast me zitten
we genieten
van verwelkend pastel
op een canvas van
eindeloze ruimte
augustus 2022
kilometers aan inkt
en ik heb nog steeds
niet laten zien wat ik wil
de vorm amper te vatten
laat staan de woorden
die uit mijn hoofd zo
besluiteloos op het papier
buitelen
mijn pen draalt
mijn brein maalt
tot ik kom waar ik moet wezen
december 2022
Eénpotig drietenig wonder, kranig in de branding
Statige met putters behangen kaardebollen, besuikerd met kou
Vele vlammende ondergangen van de laatste resten daglicht
Verdwaald bruinroze jong dat links ging waar hij rechts had gemoeten
Een omgevallen boom, toegestopt met een deken van het zachtste mos
Twee ijsvogels die loom dansend boven de vaart zweefden
Koninklijke buizerds die het dagelijkse defilé op de A6 aanschouwen
Mijn appelboom, geveld door plaaggeesten uit de schuur
De duif als winkelend publiek in het winkelcentrum
De zegen van de egel die haar offer komt innen
Bolle vogels als muzieknoten op de bovenleiding
Klagende groenlingen diep in de bosjes
Beleefd schuifelende rotganzen in een weiland vol leven
De steenlopers, met moeite
Het wegstervende licht tegen het bladerdak van het bos
De berk die terugkijkt
Toorn van één enkele visdief
Een fluistering van honderden spreeuwen in een paarse lucht boven de Maas
Oorverdovende stilte in de verzengende hitte van augustus
De wilg die met haar vingers het water streelt
Kerrieplant die haar best doet in het hotelrestaurant
Vroegtijdig verloren eikels als een tapijt op heet asfalt
Majestueus trage kiekendief die eindelijk haar vangst maakt
De Noordzee die je tenen nét niet raakt
december 2022
slapende kluitjes dons
in een erwtensoepsloot
de wetenschap van winter
dapper tegemoet gedreven
in een gloednieuwe jas
november 2022
glijdend, haast schaatsend
loom en onbezonnen
kijk ik terug naar
toen we nog niet wisten
waar we aan begonnen
de zachte lucht zet haar
zinnen op mijn gedachten
fluistert voorzichtig over
wat er toen viel te verwachten
ik ga vooruit
maar ik kijk wel terug
het water, de lucht en mijn hart
vormen naar vroeger een brug
augustus 2022
de lucht is leeg
ze spreekt van weinig
en ik beweeg
gericht op oneindig
oktober wringt haar kilte
tussen de warmte van mijn jas
in mijn hart een stilte
wensend dat het anders was
de verte is koud
en spreekt amper van zon
geen amber, rood of goud
slechts het grijs waarmee het begon
de merel in de populier
hij zingt de laatste noten
september maakt haar laatste sier
de zomer is gesloten
oktober 2022